Zone, loge, controle en roze in Nederland en Vlaanderen

In dit stuk wil ik het graag hebben over leenfonemen. Dat zijn klanken die alleen voorkomen in leenwoorden en niet in de eigen woordenschat. Enkele voorbeelden: de [ao] in baseball, de [èè] in fair, de [zj] in garage, de [tsj] in cello (als je dat woord ten minste als tsjello uitspreekt).

Zone = zonen?

Tijdens het driejaarlijkse colloquium van de Internationale Vereniging voor de Neerlandistiek vertelde dr. Roland Nagy van de Eötvös Loránd University van Boedapest over zijn onderzoek naar de uitspraak van leenfonemen door NVT-studenten en hoe ‘buitenlands’ zij hierdoor kunnen overkomen bij moedertaalsprekers van het Nederlands. Een van die leenfonemen is de open, van oorsprong Franse uitspraak van de oo in woorden als zone, loge, controle en roze. En daar is iets mee aan de hand.

Kort samengevat: in Vlaanderen spreek je zone en zonen met dezelfde oo uit, in Nederland niet. Dat was in ieder geval mijn eigen ervaring en die indruk werd bevestigd door sporadische opmerkingen op Twitter. Daarom heb ik vorig jaar even op dat medium bij mijn Nederlandse volgers gepolst welke woorden volgens hen met zo’n open oo worden uitgesproken. Die heb ik vervolgens opgenomen in één van mijn intussen fameuze mini-onderzoekjes. Naar aanleiding van de lezing van prof. Nagy heb ik nu de antwoorden op deze vier vragen (de uitspraak van de oo in zone, loge, controle en roze)  tot taalkaarten verwerkt.

Voor ik de kaarten zelf bespreek even een algemene opmerking: het was niet mijn bedoeling om te achterhalen hoe de oo in deze woorden precies klinkt. Om te beginnen is een schriftelijke enquête zonder audiobestanden niet de geschikte manier om dat te weten te komen, zeker bij klinkers. Bovendien heeft het weinig zin om die concrete realisatie te achterhalen. Er zijn zeker regionale verschillen, bijvoorbeeld de licht ontronde versie in de ruime regio rond Leuven of de licht diftongische variant in het grootste deel van Nederland. Maar dat is alleen interessant als je echt de klankvoorraad van het Nederlands in kaart wil brengen. Wat wij wél kunnen doen, is kijken of deze woorden al dan niet met een leenfoneem worden uitgesproken. En dat heb ik met dit mini-onderzoekje willen doen.

Zone en loge

Het duidelijkste beeld geven de kaarten van zone en loge: in Vlaanderen worden die woorden met dezelfde oo als boze uitgesproken, in Nederland met een wat meer open oo. Een leenfoneem dus. In de vragenlijst heb ik die klank omschreven als een ‘bewonderend ‘oooooh’’. Ik heb geen gebruik gemaakt van fonetische notatie, omdat niet alle respondenten fonetisch schrift kennen. Zowel boze als dat ‘bewonderend ‘ooooh’’ kunnen in de praktijk op veel manieren gerealiseerd worden, maar voor deze taalkaarten is dat niet relevant. Relevant is de vraag of zone wel of niet op een andere manier wordt uitgesproken als het Nederlandse boze. En die antwoorden spreken voor zich.

Controle

Bij controle ligt de zaak wat ingewikkelder. Het gaat hier niet alleen over open of gesloten oo, maar ook over de lengte van die oo en over de doffe e op het einde van het woord. Soms wordt die laatste uitgesproken, soms niet. En dat hangt dan weer samen met het register: uitsprakenvarianten als kontrolle en kontrol horen tot het informele register of ze worden als dialect beschouwd. Kontrol wordt vooral in Vlaanderen gezegd, kontrolle sporadisch in Nederland.

Maar als je je alleen op de uitspraak van die lange oo focust, verschijnt wel weer hetzelfde beeld als bij zone en loge: met boze-oo in het zuiden, met geleende open oo in het noorden.

Roze

Roze levert nog een extra uitdaging op: het kan een zelfstandig naamwoord zijn (de kleur roze), een bijvoeglijk naamwoord (de roze broek, een roze sokje) en een bijwoord (de broek is roze). Je hebt met andere worden een verbogen en een onverbogen versie, en dus vormen met en zonder eind-e. In sommige regio’s worden alle vormen, ook de onverbogen, met eind-e uitgesproken, maar niet overal. Daarnaast wordt het zelfstandige naamwoord, de kleur roze dus, in de ene regio met en in de andere zonder -e uitgesproken.

Nu was de vragenlijst niet voorzien op deze verdeling. De focus lag immers op de realisatie van de oo-klank. En met of zonder -e op het einde: er zijn maar twee opties voor de altijd lange oo, namelijk open of wat meer gesloten. Ook hier duikt een vertrouwd beeld op: gesloten oo in het zuiden, open oo in het noorden. Maar het is niet helemaal hetzelfde: de open versie van roze is ook gewoon in West-Vlaanderen, en dat is veel minder het geval bij de vorige drie kwesties. Heeft dit te maken met het feit dat roze tot een andere woordsoort kan horen dan zone, loge en controle? Dat zal moeten blijken uit extra onderzoek.

Leenfonemen?

Ik ga even terug naar de aanleiding van deze kaarten: de lezing van dr. Nagy over de uitspraak van leenfonemen en hoe ‘buitenlands’ NVT-sprekers hierdoor over kunnen komen. Het is al langer bekend dat Vlamingen en Nederlanders andere uitspraaknormen hanteren voor de standaardtaal. Uit dit mini-onderzoekje blijkt dat dat niet alleen opgaat voor eigen, ‘inheemse’ klanken, maar dat ook de voorraad leenfonemen, of de woorden die met zo’n foneem worden uitgesproken, niet gelijk is in het hele taalgebied. Het is een factor om rekening mee te houden. Niet alleen bij het onderzoek van dr. Nagy en zijn collega’s, maar ook bij de uitspraaklessen voor anderstaligen die Nederlands leren en die zich het liefst zo weinig mogelijk als ‘buitenlands’ kenbaar maken.

Reacties zijn gesloten.