Korst, kap of kont?

‘Hoe heet het uiteinde van het brood?’ Die vraag hield woordjesliefhebbend Nederlandstalig Twitter in mei 2021 een tijdje bezig. Er zijn zoals gewoonlijk polls verschenen (een vraag met een meerkeuzelijstje) die zijn uitgelopen op goedmoedig-verhitte discussies over welk woord nu het (meest) juiste is.

Kont, kap, korst, …

De kwestie inspireerde me tot een vraag voor een nieuwe vragenlijst (Mini-onderzoekje 24). Op vraag van Onze Taal verwerkte ik de eerste ruim vijfhonderd antwoorden al snel tot een kaart en een artikeltje voor het nummer 7/8 van 2021, dat begin juli verscheen.

Onze Taal 7/8 (2021), p. 24

Op de originele symbolenkaart is de precieze verspreiding goed te zien:

  • kont(je) is te vinden in het hele taalgebied
  • korst(je) is vooral zuidelijk en in het centrum van Nederland gebruikelijk
  • kap(je) horen we alleen in Nederland
  • poep/poep(e)ke is dan weer uitsluitend Belgisch (betekenis: achterste, kont)
  • einde: idem
  • kant(je) is West-Vlaams
  • plaske is het Friese woord

Rond versus plat

Sommige mensen gebruiken meer dan één woord voor dat brooduiteinde. Soms is het een kwestie van dialect versus standaardtaal: kantje bijvoorbeeld is West-Vlaams dialect en uitspraakvarianten als kuusje en körsje zijn ook dialectisch. Maar de betekenis kan ook licht verschillen. Zo is het korstje volgens sommige mensen alleen gereserveerd voor gewone broden en kapje voor broden met een rond uiteinde, zoals stokbrood. Ook bij kontje en poepke gaat het vaak expliciet over ronde broden. Er is dan ook enige vormgelijkenis. Het Friese plaske tenslotte valt eveneens onder de categorie ‘uiteinde van rond brood’. Het is de verkleinvorm van plasse: het afgesneden uiteinde van iets bols.

Reacties zijn gesloten.