[Column VRT Taal] Kommaneuker

Hoe noem je iemand die voortdurend over de kleinste, meest pietluttige details struikelt?

Een muggenzifter? Mierenneuker? Ja, zo ook. Maar ik mikte eerder op die andere weinig vleiende naam: de kommaneuker.

Het woord zegt het al: een kommaneuker zeurt over domme details, zoals een komma die er staat maar – volgens hem of haar – compleet overbodig is. Of omgekeerd: een onmisbare komma die er *niet* staat. Waar valt die mens toch over, zeg?

Ik begrijp dat. Stel je voor: je hebt net een geweldige mail geschreven met goed doordachte argumenten die je in fantastische volzinnen hebt neergeschreven. Trots op jezelf laat je de mail nog even nalezen. En het eerste dat je te horen krijgt, is: ‘Daar ontbreekt wel een komma.’ Grmpf. Weg sfeer.

En toch. Soms zijn die komma’s wel belangrijk. Vergelijk deze zinnen maar eens:

‘De nieuwe leden, die een uitnodiging krijgen, gaan mee op wereldreis’ en
‘De nieuwe leden die een uitnodiging krijgen, gaan mee op wereldreis’.

Eén komma verschil, maar als nieuw lid en reisliefhebber hoop je toch dat de eerste zin bedoeld is en dat je uitnodiging nog wel binnen zal komen. In het andere geval wordt het nagelbijtend afwachten. Soms heeft de kommaneuker dus gewoon gelijk.

Er is iets met leestekens in het algemeen. Gezucht en gesteun is je deel als je als iets minder jongere persoon de jeugd erop wijst dat hun schrijfsels ook punten, komma’s en hoofdletters kunnen gebruiken. En liefst op de juiste plaats, hé. Zo ouderwets, zo middeleeuws, wie valt er nu over een punt meer of minder. Tot je in een chatgesprek de vraag ‘Kom je me halen?’ beantwoordt met ‘oké.’ Met punt. Probeer het maar eens. De kans is reëel dat je gesprekspartner je vraagt waarom je boos bent. Want daar wijst die punt naar het schijnt op: je hoeft die daar helemaal niet te zetten, dus als je hem wel zet, betekent dat iets. Namelijk dat je boos of geïrriteerd bent.

En daar winden de niet zo jongeren zich weer over op. Ik hoefde onlangs maar in een kranteninterview hier iets over te laten vallen, en de verontwaardigde reacties waren niet van de lucht. ‘Een zin eindig je met een punt. Ze moeten dat maar leren.’ ‘Ze kunnen niet eens fatsoenlijk leestekens zetten. En dan komen ze hiermee af.’ ‘Stel u voor dat ze zo zouden rekenen. Dat belooft voor later.’ Bijzonder. Want eigenlijk doen we het allemaal: de punt gebruiken om irritatie uit te drukken. Niet in geschreven taal, maar wel als we spreken. ‘Het is zo omdat ik het zeg. Punt.’ ‘Geen verhaaltje meer, jij gaat nu slapen. Punt.’ Geen gezeur, einde discussie. De sprong van die gesproken punt naar chatberichten – want daar beperkt die boze ‘oké.’ zich toe – lijkt me dan ook niet zo groot. Wat doen we immers op Messenger, Whatsapp, Discord en co? Babbelen. Met ons toetsenbord weliswaar, maar echt schrijven kun je dat moeilijk noemen.

Het grappige is nu dat diezelfde punt op Twitter veel vàker wordt gebruikt dan alleen om zinnen mee af te sluiten. De twitteraars onder ons hebben zeker als dingen als ‘Veeg. Me. Op.’ of ‘Doe. Dit. Niet.’ voorbij zien komen. Of ze gewoon zelf uit hun toetsenbord gerammeld. Geen zinnen hier, wel een trucje om nadruk te leggen. Je moet toch wat als je niets in het vet of cursief kunt zetten en hoofdletters of uitroeptekens echt overdreven zijn, niet? Creatief met punten dan maar. En ja, dat mag wel, beste jeugd. Want de grote mensen doen het zelf.

En zo valt er nog veel meer te vertellen over punten, komma’s en al die andere leestekens. Wist je bijvoorbeeld dat een Venetiaanse drukker de puntkomma heeft uitgevonden? Dat de monniken niet aan komma’s deden, maar aan schuine strepen? Dat de emoticon is ontstaan aan een Amerikaanse universiteit, nadat er een fake mailtje circuleerde over een besmetting? Dat het beletselteken in de achttiende eeuw enorm populair was, vooral in romangenres bevolkt met smachtende dames en heren? Dat het koppelteken en de apostrof de enige tekens zijn waar echt officiële spellingregels voor bestaan? Dat in de online krant Wablieft geen enkele puntkomma te vinden is?
 Wel, nu weet je het wel. Het is een mooie wereld, die van de leestekens. Daar verandert geen enkele kommaneuker iets aan. Maar toch: een beetje respect voor die kommaneukers. Want soms hebben ze wel gelijk.

Eerder verschenen bij VRT Taal op 23 februari 2022

Reacties zijn gesloten.