Wentelteefje of verloren brood?

Wentelteefjes met spek op een bord
Afbeelding van Susan B via Pixabay

Een simpel gerecht dat velen van ons naar hun kindertijd terugbrengt, is de snede oud brood, gedoopt in een mengsel van ei en melk, en vervolgens aan twee kanten gebakken en bestrooid met suiker en (eventueel) kaneel. Ongetwijfeld bestaan er varianten op dit recept, maar dit is toch de basis.

Aangezien dit een taalblog is en geen kookboek, ligt de volgende vraag voor de hand: hoe noem je dit gerecht? De antwoorden op die vraag, gesteld in Mini-onderzoekje 35 (2023) zie je op de kaart hieronder.

Wentelteefjes met spek

De bekendste benaming, die de meeste mensen ongetwijfeld standaardtaal zullen noemen, is wentelteefje. Het is meteen ook het meest intrigerende woord: is dit gerechtje echt naar een vrouwelijke hond genoemd? Natuurlijk wekte dat ook de nieuwsgierigheid van etymologen.

Over de etymologie van wentelteefje, en de andere benamingen, is dan ook heel wat geschreven. In 2024 nog verscheen op de website van het Instituut van de Nederlandse Taal een overzicht van alle verklaringen. Ik vat ze hier even samen.

  • Wentelteefje: het eerste deel, ‘wentel-‘, is duidelijk. Dat komt van ‘wentelen’, dus omdraaien. Je moet het brood inderdaad enkele keren omdraaien opdat het aan beide kanten even goed gebakken wordt. Het tweede deel, ‘-teefje’, werd een tijdje geïnterpreteerd als een vervorming van ‘(he)t even’: ‘wentel het even’, maar vandaag is men het erover eens dat dat helemaal geen steek houdt, al is het maar omdat het woord al in de zeventiende eeuw voorkomt, naast ‘appelteef’. De huidige theorie is dat ‘teefje’ de benaming van een soort gebak is, maar we weten niet welk.
  • Pain perdu en verloren brood: letterlijk en als leenvertaling overgenomen uit het Frans en vrij doorzichtig: het oude brood was als brood verloren, maar wordt in de vorm van dit gerecht alsnog gerecupereerd.
  • Gewonnen brood: dat lijkt een andere manier van kijken naar ‘verloren brood’ (het leek verloren, maar we hebben het weer gewonnen), en waarschijnlijk speelt die interpretatie mee, maar de vorm ‘gewonden brood’ bestaat ook. En ‘wenden’ betekent … keren, omdraaien. ‘Gewonnen brood’ zit dus in hetzelfde etymologische straatje als ‘wentelteefje’.
  • Gebakken brood: dat ligt voor de hand, het gaat om brood dat je bakt.
  • Klakkaard / klakker: het meest mysterieuze woord van de verzameling. Etymologen wisten lang niet wat er ermee moesten, maar tegenwoordig denkt men dat het ontstaan is uit het werkwoord ‘klakken’ (een klakkend geluid maken) en dat het een klanknabootsing is van het geluid dat je hoort als je een ei breekt op de rand van de pan.

Benamingen die maar één of twee keer genoemd werden, zijn eerder beschrijvingen: boke in de pan, boterham in de pan, boterham gesopt in eike, boterham(men)pannenkoek, ei-boke, ei-boterham, eierkoek, pannenkoekenboterham, pannenkoekenbrood. De woorden verwendsneetje en wentelbroodje, die op de dialectkaart van het Instituut voor de Nederlandse taal voorkomen, worden elk één keer vermeld. De toen al zeldzame benamingen met floeren of fluwelen werden helemaal niet genoemd. Een speciale vermelding verdient het draaisletje, een woordgrapje van enkele nerds van Nerdland Discord.

Reacties zijn gesloten.