Camper of mobilhome?

In de zomer trekken mensen erop uit. Sommigen met de trein of het vliegtuig, anderen met de wagen of de fiets. De ene kiest voor de luxe van een hotel of een vakantiehuisje, de andere voor het avontuur van het kamperen. En dan is er de combinatie: het avontuur van het erop uit trekken in de luxe van een eigen (of gehuurd) verblijf op wielen. Hoe noemen we die voertuigen, die een stuurcabine en mini-huisje combineren?

Camper of mobilhome

Als je het over een camper hebt, begrijpt iedereen in het hele taalgebied wel waar je het over hebt, maar in Vlaanderen is het niet de frequentste benaming. Dat is mobilhome, een woord dat in Nederland dan weer onbekend is. Minder frequente benamingen in het hele taalgebied zijn kampeerwagen, kampeerauto en motorhome.

Uit opmerkingen van respondenten blijkt dat die benamingen niet helemaal dezelfde lading dekken:

  • Een viertal respondenten heeft aangegeven dat mobilhome naar hun aanvoelen een dialectwoord is. Het standaardtalige alternatief is kampeerwagen of camper.
  • In Nederland heeft een drietal respondenten dan weer gemeld dat een camper de kleinere versie is van een motorhome.
  • Een motorhome is dan weer de grotere en luxueuzere variant van de camper / mobilhome.
  • Een kampeerwagen / kampeerauto is dan weer ouderwetser (4 opmerkingen), een zelf omgebouwd busje (4 opmerkingen) of een kleinere versie, type volkswagenbusje (5 opmerkingen).

En français

En dan is er nog de Franse mobilhome. Die staat ook op wielen, maar heeft geen eigen stuurcabine en heeft doorgaans een vaste plek op een camping. Wij noemen dat een stacaravan.

Reacties zijn gesloten.